Statenontmoeting: Werken en ondernemen over de grens

Gepubliceerd op: 10 maart 2019 09:03

Tijdens een inspirerende ochtend op woensdag 9 maart hebben de leden van het Drents parlement en andere belangstellenden zich laten informeren over de kansen en bedreigingen van het werken en ondernemen over de grens met Duitsland.

Presentaties

De heer Lansink, Nederlandse consul-generaal in Düsseldorf, gaf aan dat er voor Nederlanders barrières bestaan bij het werken en ondernemen in Duitsland. De oorzaak hiervan is een niet te onderschatten verschil in cultuur en taal. De kloof tussen beide landen is volgens hem de afgelopen jaren zelfs toegenomen. Hij hield een pleidooi bij de aanwezigen om zich in te zetten om deze barrières door kennisuitwisseling en contacten te dempen.

De heer Ulrichs van de IHK OstFriesland en Papenburg schetste een meer rooskleurig beeld vanuit het Duitse perspectief. Hij pleitte voor meer persoonlijke ontmoeting om het onderlinge vertrouwen tussen Nederlanders en Duitsers te vergroten.

Statenontmoeting - werken over de grens (2)

Workshops

Aansluitend kon worden gekozen uit twee workshops. In de workshop 'grensoverschrijdende bedrijventerreinen' presenteerden de heren Koopmans van de Euregio Maas-Rijn en Ten Brink van het Europark hun 'best practices' bij het ondernemen op bedrijventerreinen die op de grens liggen. Een belangrijke uitkomst was dat de provincie zich niet moet richten op het regelen door wet- en regelgeving, maar juist op het zoeken naar praktische oplossingen.

In de workshop 'grenspendel' werden de ervaringen uitgewisseld bij het informeren van grenswerkers en het omgaan met het gebrek aan kennis van het Duits. De presentaties werden verzorgd door mevrouw de Ruiter van de Euregio Rijn-Waal en de heer Malewicz van de Eems-Dollard Regio.

Statenontmoeting - werken over de grens

Rol van het parlement

Na afloop van de workshops stonden de leden van het Drents Parlement stil bij hun mogelijke rol bij het bevorderen van werken en ondernemen over de grens. De reacties varieerden van het stimuleren dat mensen meer naar de Duitse kant kijken, het kweken van belangstelling voor het leren van de Duitse taal tot het verplicht stellen van het Duits in het basisonderwijs. De voorzitter gaf aan dat de resultaten in een Statenmemo terugkomen.