PVV: 'Klachten geluidsoverlast door windturbines in de Drentse Veenkoloniën'

Gepubliceerd op: 14 juni 2022 13:06

Op 14 juni heeft de fractie van de PVV vragen gesteld over 'klachten geluidsoverlast door windturbines in de Drentse Veenkoloniën'.

"Aanleiding: In de Drentse Veenkoloniën zijn sinds 2019 in totaal 45 turbines geplaatst. In een tweetal gemeenten (Aa en Hunze en Borger-Odoorn). Al kort na de start komen er ernstige klachten van omwonenden binnen bij de gemeenten, het windpark Drentse Monden en Oostermoer (DMO) en ook bij de PVV, over geluid en slagschaduw. Naar aanleiding van de ingezonden brief van dhr. De Groot uit Gasselternijveen (dec. 2021) is de PVV-fractie ter plaatse geweest om de situatie te bekijken. Klachten worden gemeld bij de twee gemeenten en/of bij het windpark DMO via een klachtenformulier op de website.

Probleemstelling: In het Activiteitenbesluit, de basis van het vergunningstraject voor de windturbines, wordt gewerkt met Lden (daggemiddelde) en Lnight (nachtgemiddelde) jaargemiddelden. Maar een berekend gemiddelde en zeker een berekend jaargemiddelde is nooit betrouwbaar, er kan 50% van de tijd veel te veel geluid zijn als er in de rest van de tijd maar minder is. Het is niet voor niets dat de Raad van State dit Besluit ongeldig heeft verklaard. Gelet op de vele klachten en de ernst van de klachten (slapeloosheid, onrust, lawaai) is de conclusie gerechtvaardigd dat deze Lnight Norm niet voldoet voor het nachtelijke bescherming van de bewoners. Om aan te tonen dat het Windpark DMO aan de wettelijke eisen voldoet, laat DMO de turbines (op afstand) bewaken en beoordelen waarbij men er van uitgaat dat de berekende geluidsdruk (opgegeven door de fabrikant) ongewijzigd blijft. Alle voorschriften gaan echter uit van theoretische berekeningen waarmee de geluidsdruk bepaald wordt, er wordt helemaal niets gemeten!
Er is daarom behoefte aan een harde norm die een maximum aangeeft waaraan bewoners mogen worden blootgesteld. 

Bevindingen:
De betrokken gemeenten hebben onder protest aangegeven de klachten te zullen behandelen. Deze behandeling bestaat uit het doorsturen naar de RUD en het informeren daarover. Daarna blijft het stil want de RUD weet (nog) niet hoe zij deze klacht moeten behandelen. Het aantal meldingen van geluidoverlast bij beide gemeenten is groter dan bij het windpark bekend is, want niet alle meldingen van de gemeenten worden bij het windpark gemeld en omgekeerd. In een gesprek met de directie DMO ontkent deze de problematiek niet maar geeft aan dat zij binnen de "norm" opereren. Daarbij wordt aangegeven dat vrijwel alle "klagers" in de gevaarzone wonen van 700 – 1000 meter vanaf een windturbine, daar waar het hoogste geluidsniveau verwacht kan worden.

Vragen aan GS:

  • Is GS het met ons eens dat door de dwingende aanleg zonder draagvlak (RijksCoordinatieRegeling) ook de Overheid aan zet is om de overlast terug te dringen? Zo nee, waarom heeft u deze mening?
  • Is GS het met ons eens dat het zeer gewenst is dat er geluidsmetingen moeten gaan plaatsvinden in de directe omgeving van de betrokken inwoners om de mate van geluidsoverlast vast te stellen? Zo niet, waarom niet?
  • Hoewel de Gemeenten het bevoegd gezag zijn, hebben zij geen of zien geen mogelijkheden om hun burgers te helpen. Ziet GS mogelijkheden om de aangescherpte norm (dit is een harde, meetbare norm) uit het Bouwbesluit 2012 (40 dB) samen met de Gemeenten in de zoekgebieden in Drenthe in die Gemeenten toe te passen om de overlast voor de Drentse inwoners te beperken. Zo neen, waarom niet?
  • Als zou blijken dat de inwoners onacceptabele overlast blijven ondervinden, is GS dan bereid in overleg met andere partijen te zoeken naar mogelijkheden deze overlast terug te brengen? Te denken valt o.a. aan zwaardere geluidsisolatie. Zo neen, waarom niet?

NB. Ter informatie:
De wetgever is de afgelopen jaren al duidelijk anders gaan denken over geluidsoverlast. Dat is ook zichtbaar in de laatste aanpassing van het Bouwbesluit 2012 van april 2021 m.b.t. geluidshinder voor woningen waar een heel hoofdstuk is toegevoegd over geluidshinder als gevolg van de semi-verplichte warmtepompen bij nieuwbouw.
Het Bouwbesluit stelde voor 1 april 2021 geen geluidseisen aan het geluid van buitenunits van warmtepompen en airco's. Door de geluidsnormen wordt hiervoor nu een duidelijk kader gegeven. De geluidsnormen gelden niet voor de installatie zelf (uit de fabriek), maar voor een bij een perceel geplaatste installatie. Dat betekent dat de installatie op voldoende afstand van de buren moet worden geplaatst of moet worden afgeschermd, zodat de 40 dB norm (op de erfgrens) niet wordt overschreden. Het gaat hierbij nadrukkelijk om nieuw geplaatste installaties vanaf 1 april 2021.

 Nico Uppelschoten, Fractie PVV Drenthe."